Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
plotseling, zomaar, onverwacht
Van Dale:
à bout portant
(1865) Frans
(eigenlijk) met de loop op de borst, van vlakbij, (figuurlijk) op de man af
Aboepertant mit dien sjtudie ophoute, dat kint toch neet.
Zomaar met je studie ophouden dat kan toch niet.
" ‘Afijn, komt me dieje mens op ons af en aboepertant zeet ie: Weg hier, dit is privéterrein. Wisse wij veul’. " (http://bolduque.blogspot.com/2014/01/aboepertant.html)
pipi doen
Na een paar pintjes moet ik plots hevig pirelen.
stelen
Mijn nieuwe gsm is gerat. Ik ga hem onmiddellijk blokkeren.
“Ze hebben mijn geldbeurs gerat”, Cornelissen-Vervliet (1903).
knoeien
zie ook sjoefelaar
Hare man is zo vol van zijn eigen dat hij alles kan, met zijne mond; hij sjoefelt meer dan dat hij iets fatsoenlijk maakt.
(eigenl.) onbeholpen schaatsen; krabbelen, grabbelen, zwoegen
VD BE; informeel, iteratief van krassen
vnw:
•knoeien, prutsen
•krabbelen, spartelen
vgl. rechtkrasselen; opkrasselen
Christophe Smeets ziet Torpedo krasselen en toch winnen (TITEL) (HN 29.10.08)
“Even later krasselde de 61-jarige gewoon terug recht, kroop van de sporen het perron op.” (HLN 01.01.09)
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.