Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
nooit
vgl. nooit niets, nooit niet iets, nooit geen
soms stapelen de negaties zich nog meer op: ‘nooit nog niet eens niet’ (zie voorbeeld)
Ik ben nog nooit niet in Portugal geweest.
Bij mijn weten is dat nog nooit niet gebeurd dat er twee koningen in Belgiƫ waren. Als ze er tegen 6 januari nog ene vinden, dan kunnen ze driekoningen gaan zingen.
Als ge het nooit nog niet eens niet geproefd hebt, hoe kunt ge dan weten dat ge het niet moogt?
nooit iets
variant: nooit niet iets
vgl. nooit niet, nooit geen
Kunt gij nu echt nooit eens niets goed doen?
Jaja, gij doet nooit niks verkeerd! Het is altijd maar een ander.
Hebt gij nog nooit niet iets laten vallen misschien? En die stapel telloren vorige week dan?
nooit (een)
vgl. nooit niet, nooit niet iets, nooit niets
Hij heeft zogezegd nooit geen geld bij als het op betalen aankomt.
nooit
vgl. nooit niets, nooit niet iets, nooit geen
Ik ben nog nooit niet in Portugal geweest.
Bij mijn weten is dat nog nooit niet gebeurd dat er twee koningen in Belgiƫ waren. Als ze er tegen 6 januari nog ene vinden, dan kunnen ze driekoningen gaan zingen.
nooit iets
variant: nooit niet iets
Kunt gij nu echt nooit eens niets goed doen?
Jaja, gij doet nooit niks verkeerd! Het is altijd maar een ander.
Hebt gij nog nooit niet iets laten vallen misschien? En die stapel telloren vorige week dan?
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.