Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
een dwaas, roekeloos persoon, (ook) domoor
(ook dwezerik)
VD95: dwazerik (gew.): dwaas
VD2014 online: Belgisch-Nederlands
Wat voor toeren haalt die dwazerik nu weer uit, straks valt hij nog!
Och, aan die dwazerik moet ge niks vragen, die weet van toeten of blazen.
Tim F. Van der Mensbrugghe in demorgen.be: Aan de ingang heet een dwazerik met gouden hoed en handschoenen de gasten welkom.
zeer mooi, elegant gekleed
ook poepchique
Ze is poepchic uitgedost om naar het bal te gaan.
Te straks naar een concessievergadering geweest. Poepchique kado’s werden er uitgedeeld.
In Split, Kroatië, hebt ge een straat met allemaal poepchique winkels gelijk den avenue Louise in Brussel.
demorgen.be: Mensbrugghe op Gents Oscarfeest: Poepchique ontgoocheling
detective,
In Vlaanderen doorgaans uitgesproken als “dedectieve” of dedectief
Uit Taalmail 533:
? uitspraak: dee·tek·tie·ve, die·tek·tif
Engels of Nederlands, maakt niet uit. Zolang de tweede lettergreep maar met een t begint, zoals in detecteren en detectie.
Mannix was destijds een serie over nen dedectief en zijn secretares Peggy.
huwelijkspartner
http://gtb.inl.nl/ (In Z.-Nederl., scherts.) Half trouwboek(je), iemands wederhelft.
Ik ben wel akkoord, maar ik moet het ook wel vragen aan mijn(en) halve(n) trouwboek.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.
