Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
schoonmaakster, werkster
zie ook poetsvrouw, kuisvrouw
Mijn werkvrouw is een bijouke!
fig.: iemand (meestal vrouw of kind) die uitzonderlijk of uniek is, een juweel
meestal dimin.: bijouke
Ons Anneke, ’t is een bijouke. Daar hebben we nu eens nooit ofte nooit last mee.
De kuisvrouw die we nu hebben is een bijouke. Op 3 uur tijd heeft die den hele beneden gedaan.
“Blonte stoot.”
Uitdagende ietwat vulgaire blondine.
Gisteren was hij weer op stap met die uitdagende blondine.
Gistere was’em wer oep stap met dien “blonte stoot”.
om de overtreffende trap van iets uit te drukken
dikwijls met een pejoratieve bijklank
Frank zuchtend tot Simonneke die zit te snotteren: “En plezant dat dat hier is, ge kunt niet geloven hoe.”
En maar roepen. Ge zijt ne vriendelijke mens gij. Ge kunt dat niet geloven hoe.
En sterk dat John Massis was. Ge kunt dat niet geloven hoe.
om de overtreffende trap van iets uit te drukken
dikwijls met een pejoratieve bijklank
Frank zuchtend tot Simonneke die zit te snotteren: “En plezant dat dat hier is, ge kunt niet geloven hoe.”
En maar roepen. Ge zijt ne vriendelijke mens gij. Ge kunt niet geloven hoe.
En sterk dat John Massis was. Ge kunt niet geloven hoe.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.
