Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Een stokje van kaliche, zoethout.
Dit werd verkocht als snoep en het diende om op te zabberen en te bijten, waaruit dan het kalichesap loskwam. Als het sap uit het houtje weg is, dan blijven er alleen maar gele vezels over.
zie ook kalissenhout, kalisjenhout
De moeder kocht voor haar kind een kalichehoutje als snoepgoed.
oplopen, opdoen
zie opscharen
Hij had zijn jas niet aan en nu heeft hij door de kou een valling opgeschaard.
Zijn vriendin is een echt poepke, waar heeft hy die opgeschaard?
http://taalunieversum.org/onderwijs/termen/term/349/:
Term waarmee men in Vlaanderen de mengvorm aanduidt tussen standaardtaal en dialect. In Vlaanderen spreekt men ook wel van ‘Verkavelingsvlaams’.
Opgelet: in Nederland heeft tussentaal een andere betekenis.
Bart De Wever antwoordde of hij zich gejost voelde: “Het woord ‘zjossen’ is volgens mij tussentaal, die niet tot de Nederlandse spraak behoort. Ik ga daar niet op antwoorden.”
De vraag is of tussentaal zelf geen tussentaal is.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.