Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door fansy

    kotjakker
    (de ~,(m.), ~s )

    vr. kotjakster – dim: kotjakkerke
    etymologie: zie reactie

    Woonwagenbewoner, caravanbewoner, zigeuner
    NL: kamper

    zie ook: kariko, boejemer, bojemer
    vgl kotkaar

    Kotjakkers wonen in een staancaravan op een woonwagenpark dat door de gemeente speciaal werd aangelegd. Begin 21ste E. zijn ze verdwenen uit het straatbeeld.
    Typische beroepen van kotjakkers (tot in de jaren ’70): pottenoplapper, stoelenmatter, bezembinder, kramer, muzikant en scharenslijper.
    Woonwagenbewoners zijn geen Roma-zigeuners. Caravanbewoners zijn Belg of Nederlander van geboorte en hebben ook geen eigen taal. Hun geschiedenis gaat terug tot ca. 1850, die van de Roma is eeuwenlang.

    Uitdr. hij is ne kotjakker: hiermee wordt bedoeld dat hij er vies, vuil, sloorachtig en stinkend bijloopt.

    De scharensliep, een kotjakker van aan de viaduct in Herenthout, kwam dikwijls met zijn karreke rond in ’t dorp om messen en scharen te slijpen.

    Regio Antwerpse Kempen
    Bewerking door fansy op 31 Dec 2020 00:15
    1 reactie(s)

    leute
    (de ~ (v.), ~n)

    lol, plezier

    SN/NL: leut

    voornamelijk regio West- en Oost-Vlaanderen en in de Antwerpse Kempen

    De kinderen hadden veel leute op het paasfeestje.

    Provincie West-Vlaanderen
    Bewerking door fansy op 31 Dec 2020 00:04
    5 reactie(s)

    hobbel en sobbel
    (Uitdr. )

    - schots en scheef, niet recht, niet vlak
    - overhoop, in chaos, wirwar, kriskras door mekaar
    - krakkemikkelig, half zijn gat

    Uitspraak Lier en omstreken: ‘obbel en sobbel’, zonder ‘h’

    zie ook hobbeldesobbel

    - De dalles liggen hobbel en sobbel.

    - De gazetten liggen hobbel en sobbel op de tafel.

    - De speelkamer ligt er hobbel en sobbel bij.

    - Die kast staat ook maar hobbel en sobbel ineen.

    Regio Antwerpse Kempen
    Bewerking door fansy op 30 Dec 2020 23:37
    1 reactie(s)

    gesmijig
    (bn. )

    - rekbaar, goed smeerbaar, goed kneedbaar, lenig
    - goede viscositeit van een grondstof
    - antoniem: stug

    Woordenboek der Nederlandsche Taal: Gesmijdig:
    bnw.; de trapp. v. vergel., gesmijdiger, gesmijdigst, weinig in gebruik. Nauw verwant met gesmijde, en afgeleid van een grondwoord dat op zich zelf niet meer voorkomt. Eigenlijk, van metaal: smeedbaar, en vandaar, ook in ruimer toepassing: rekbaar, buigzaam, lenig, week. In beteekenis niet ongelijk aan gemoedig, dat echter bij voorkeur van andere stoffen dan metalen werd gebezigd. De vorm gesmijdig is thans in onbruik; smijdig, ook wel smijig, komt nog dagelijks voor.

    Als je een dook wil vastmetsen in een muur moet je een goed gesmijige mortel maken. Dus niet alleen cement en rijnzand maar daar ook een portie zavel bij.

    Uit een gesmijig deeg kan je gemakkelijk een vormbrood kneden. Bv, een sinterklaas, een minister met duidelijk uiterlijk, enz.

    Op moeilijk bereikbare plaatsen om iet vast te metselen gebruik je een gesmijige mortel.

    Regio onbekend
    Bewerking door fansy op 30 Dec 2020 23:14
    15 reactie(s)

    gesmijig
    (bn. )

    - rekbaar, goed smeerbaar, goed kneedbaar, lenig
    - goede viscositeit van een grondstof

    Woordenboek der Nederlandsche Taal: Gesmijdig:
    bnw.; de trapp. v. vergel., gesmijdiger, gesmijdigst, weinig in gebruik. Nauw verwant met gesmijde, en afgeleid van een grondwoord dat op zich zelf niet meer voorkomt. Eigenlijk, van metaal: smeedbaar, en vandaar, ook in ruimer toepassing: rekbaar, buigzaam, lenig, week. In beteekenis niet ongelijk aan gemoedig, dat echter bij voorkeur van andere stoffen dan metalen werd gebezigd. De vorm gesmijdig is thans in onbruik; smijdig, ook wel smijig, komt nog dagelijks voor.

    Als je een dook wil vastmetsen in een muur moet je een goed gesmijige mortel maken. Dus niet alleen cement en rijnzand maar daar ook een portie zavel bij.

    Uit een gesmijig deeg kan je gemakkelijk een vormbrood kneden. Bv, een sinterklaas, een minister met duidelijk uiterlijk, enz.

    Op moeilijk bereikbare plaatsen om iet vast te metselen gebruik je een gesmijige mortel.

    Regio onbekend
    Bewerking door fansy op 30 Dec 2020 23:08
    15 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.