Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
1. richtingaanwijzers gebruiken, het knipperen van de pinklichten
zie: pinker
2. knipperen van een lamp; het aan- en uitgaan
zie ook pinken: knipogen
1. Voor ge links of rechts wil draaien, moet ge eerst pinken.
2. Pinken Lamp
Af en toe heb ik last van een lamp (eigenlijk alle lampen in het huis) die met onregelmatige tussenpauzes pinkt wanneer één van mijn buren met een zwaar apparaat werkt. (forum)
1. auto: pinker, richtingaanwijzer
2. alg.: knipperlicht
Van Dale online: BE, spreektaal
Zijn pinklichten branden nog, dat is ook verwarrend. Ge weet niet of em gaat afslagen of niet.
Elk jaar met Kerstmis hangt em zijn huis vol pinklichtjes. De buren kunnen er niet van slapen.
richtingaanwijzer, pinker
< Frans: (feu) clignotant
Dáár se! Clignoteur naar rechts en dan links afdraaien!
Sommige auto’s uit de jaren 60 hadden uitklapbare clignoteurs.
richtingaanwijzer, pinker
< Frans: (feu) clignotant
Dáár se! Clignoteur naar rechts en dan links afdraaien!
Sommige auto’s uit de jaren 60 hadden uitklapbare clignoteurs.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.