Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door fansy

    oortsgat
    (zelfst. nw. o., ~en)

    inrit van een perceel grond

    < samenstelling van horde + gat
    - horde = vlechtwerk, raamwerk (varianten van horde zijn horte en hurte)
    Bij De Bo (1873): staketsel, houten afscheiding. Ook raamwerk dat over het land gesleept wordt om kluiten te breken
    - gat, opening

    Je bent het oortsgat voorbij gereden.

    Regio Limburgse Kempen
    Bewerking door fansy op 30 Jun 2016 10:53
    1 reactie(s)

    opentrekken
    (ww. trok open; opengetrokken)

    wijd open doen

    VD2016 online: BE
    SN-NL: openspalken

    zie ook: opentrekken, de ogen ~

    veetje.be: Spits uw oren en trek uw ogen open… Hier gaan we!

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door fansy op 29 Jun 2016 07:33
    0 reactie(s)

    kwiktis
    (uitdr.)

    voel eens even hoe zwaar dit is

    uitspraak van ‘kwikt eens’

    zie ook kwikken

    Amaai zeg dat is zwaar, kwiktis.

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door fansy op 29 Jun 2016 01:58
    0 reactie(s)

    wier
    (de ~ (m.), ~en)

    In plank hout: rond stuk waar vroeger een tak zat.
    syn.: een noest, knoest of kwast

    Fig. op ne wier zitten, blijven doorzagen over een onderwerp

    zie ook: weer, neute

    Ge zit just op ne wier, dus dieje nagel godde daar ni deurkrijge!

    Als hij aan het snurken is zit hij percies op ne wier.

    Ge zit op een wier zeker? Al een uur zijt ge aan het doordrammen over de tandarts dat hij uwe tand niet te goei heeft gemaakt. Stopt met zagen, belt hem en vertelt dat tegen hem.

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door fansy op 27 Jun 2016 14:08
    7 reactie(s)

    blaaike
    (het ~, ~s)

    1. blaadje
    2. vloeitje
    3. vensterblind, later ook gebruikt voor rolluik, overdrachtelijk ook ooglid
    4. bladje (van een plant)

    uitspraak /blojke/ of /bloweke/
    Lier, Herenthout: bleureke of bleudje

    zie ook: blaffetuur, persienne, bloake, boekske, vloeike

    Hee der iemand blaaikes bij om nen toet te rolle?

    Mijn blaaikes valle toe van de vaak…

    La Esterella die een groene bloemekee krijgt: Het zijn allemaal blaaikes…

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door fansy op 22 Jun 2016 02:29
    0 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.