Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
spijbelaar(ster)
Algemeen Nederlands Woordenboek:
((vooral) in België, onderwijs algemeen, overig)
iemand die brost; iemand die niet aanwezig is in de les, omdat hij of zij daar geen zin in heeft; iemand die spijbelt; spijbelaar
< brossen
“Gezellig vertoeven op de markt in Leuven,café “Den Brosser”. (wielertoerist.be 28 jun. 2008)
“Op het Conservatorium waren de docenten de brossers.” (guido.be 26 sep. 2011)
“OCMW-voorzitter en schepen van Intercommunales Geert Versnick is de grootste brosser van het schepencollege.” (standaard.be 25 jun. 2010)
in de tuin werken
min of meer beroepsmatig tuinen onderhouden
Mijn schoonvader is 92 en doet zelf nog zijn hof.
Hij had een klein pensioen en ging hoven doen om iets bij te verdienen.
in de tuin werken
min of meer beroepsmatig tuinen onderhouden
Mijn schoonvader is 92 en doet zelf nog zijn hof.
Hij had een klein pensioen en ging hoven doen om iets bij te verdienen.
in de tuin werken
min of meer beroepsmatig tuinen onderhouden
Mijn schoonvader is 92 en doet zelf nog zijn hof.
HIj had een klein pensioen en ging hoven doen om iets bij te verdienen.
in de tuin werken
min of meer beroepsmatig tuinen onderhouden
Mijn schoonvader is 92 en doet zelf nog zijn hof.
HIj had een klein pensioen en ging hoven doen om iets bij te verdienen.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.
