Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
zeef, teems
lokale uitspraak: zaajbaor
zie ook: zijg, zoajgboar
synoniemen: trizee, stramijn, temst, verzijp
WNT: Zijbaar, vergiet; zij.
Bij Weyns, Volkshuisraad in Vl. (1733).
— Aan de Maaskant is zijbaar inderdaad het gewone vergiet: ”een coperen zijdebaer”; bij Weyns, Volkshuisraad in Vl. 459 (aangeh. woorden 1651).
De soep doordoen met de zijbaar.
op het platteland
Op den boerenbuiten is er nog meer groen te zien.
afwas
“De schuttels zyn de vule talloorn, gloazn en alloam (alaam). De schuttels doen is ’t proper moakn van da eetgerief.” West-Vl. Wikipedia
De Bo: schuttel (m.) ’t zelfde als schotel
Help ééns met de schuttels.
meevaller, geluk, een poging gelukt
Dat hij dat huis kon kopen, dat was wel een meeslag
vrije doorgang belemmeren, verstoppen
De afvoer van de lavabo was verstropt geraakt door het haar in de sifon.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.