Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
- verloederd
- gemeen
- hij woont in een verarmoede (vrormoede) buurt maar ziet er toch voornaam uit
- die twee jonge meisjes spreken verarmoede taal en hun kleren zijn al niet veel beter
strot, stroot, keel, stem
Regio: enkel en alleen in Lier en streken rond Lier
WNT:
In verschillende mnl. geschriften en ook bij KIL. komen vormen voor met metathesis: storte, sterte, starte enz.: zie voor de mogelijke verhouding tusschen al die vormen W. DE VRIES, in Tijdschr. 28, 228; volgens SCHUERM. (1865-1870) zegt men in den omtrek van Lier nog stort.
Die zangeres zal haar stort eens openzetten; ze zingt niet goed maar ze zingt toch hard.
Iemand met een groot stort is iemand met een heel luide stem.
/str.e.oet/
keel, strot
Komt net zoals “strot” van het Engelse “throat”
Stroot is thans gewestelijk nog in gebruik.
WNT:
Middelnederlands strot(te). Daarnaast in ‘t Middelnederlands strote, stroot, dat tot in de 17de eeuw, althans in geschrifte, zeer verbreid was.
In verschillende mnl. geschriften en ook bij KIL. komen vormen voor met metathesis: storte, sterte, starte enz.: zie voor de mogelijke verhouding tusschen al die vormen W. DE VRIES, in Tijdschr. 28, 228; volgens SCHUERM. (1865-1870) zegt men in den omtrek van Lier nog stort.
In’ stroot opedoen, opezette, overluid schreeuwen, TUERL.
Die brakke spinazie krijg ik niet door m’n stroot. Ge hebt er een handsvol zout bijgedaan ipv. een snuifje.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.