Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
dat zijt gij, als ik u aanspreek in een conversatie. Het is het lijdend of meewerkend of voorzetselvoorwerp van ‘gij’, de Vlaamse tweede persoon enkelvoud van het persoonlijk voornaamwoord als voorwerpsvorm.
Noorder- en zuiderkempen: ou(w), aa, aaw, oew
Antw. Kempen: Antwerpse uitspraak: [oe?(w)]
Zot van a. Ik zieng a geiren. Da’s da van a.
Zot van ou. Ik zing ou geire.
Verget ouwe frak ni.
Helemaal open. Meestal negatief bedoeld. Meestal met “open” erbij.
’t Trekt hier! ’t Is nie moeilijk, de deure staat were rekwijd open.
nochtans, toch, verbasterd van het Franse ‘pourtant’
Het wordt in het West-Vlaams ook met g op ’t eind uitgesproken, zoals fondang chocolade.
Hebben ze verloren? Ze hebben pertang goed gespeeld.
’t is pertang mooi weer om te gaan wandelen dus ge moet niet binnen blijven zitten. (Sabine Himpens 23 apr 2011)
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.