Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
1. weggaan, afbollen, het ~
2. ervan doorgaan, het aftrappen, het afstappen
1. Ik heb genoeg van uw gezever, smoor het af.
2. De situatie wordt te heet, ik smoor het hier af.
1. weggaan, afbollen, het ~
2. ervan doorgaan, het aftrappen, het afstappen
1. Ik heb genoeg van uw gezever, smoor het af.
2. De situatie wordt te heet, ik smoor het hier af.
weggaan, vertrekken, het voor bekeken houden
zie ook: afstappen, afbollen, het ~, afsmoren, het ~
Ik ben het hier beu, ik trap het hier af.
1. weggaan, afbollen, het ~
2. ervan doorgaan
1. Ik heb genoeg van uw gezever, smoor het af.
2. De situatie wordt te heet, ik smoor het hier af.
iemand die altijd sigaretten van een ander aanneemt maar nooit geen teruggeeft
vgl: afzuiper
zie ook: afsmoren
Een afsmoorder zult ge wel rap herkennen.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.
