Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door fansy

    afkunnen
    (ww. kon af, afgekund overg. zw. werkw.)

    - verslagen, de baas kunnen, overtroeven
    - moeilijkheden of problemen aankunnen
    - iets op eigen houtje klaarspelen (AN; Van Dale: kun­nen af­doen, af­ma­ken, vol­tooi­en)

    zie andere definitie van afkunnen

    Ik kan die gast wel alleen af, ik heb uw hulp niet nodig.

    Ze kon de eenzaamheid niet af en trok in bij haar broer.
    Gaat dat jong manneke dat zwaar werk afkunnen?

    Laat me maar stillekes doen, ik kan ’t wel af.

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door fansy op 09 Aug 2018 07:26
    1 reactie(s)

    afkunnen
    (ww., kon af, afgekund/afgekunnen)

    kunnen uitstaan, kunnen verdragen (van personen)

    Van Dale 2015 online: BE, spreektaal
    Woordeboek der Nederlandsche Taal: afkunnen: Gewestelijk in het Zuiden wordt gezegd iemand (in iets) afkunnen, hem (daarin) overtreffen, de baas zijn (joos 1900-1904; teirl.)

    zie andere definitie van afkunnen

    ’t Moe ne vorte smeerlap zijn, want niemand kan hem af.
    (Het moet een rotvent zijn, want niemand kan hem verdragen)

    Provincie Oost-Vlaanderen
    Bewerking door fansy op 09 Aug 2018 07:25
    4 reactie(s)

    afkunnen
    (ww., kon af, afgekund/afgekunnen)

    kunnen uitstaan, kunnen verdragen (van personen)

    Van Dale 2015 online: BE, spreektaal
    Woordeboek der Nederlandsche Taal: afkunnen: Gewestelijk in het Zuiden wordt gezegd iemand (in iets) afkunnen, hem (daarin) overtreffen, de baas zijn (joos 1900-1904; teirl.)

    ’t Moe ne vorte smeerlap zijn, want niemand kan hem af.
    (Het moet een rotvent zijn, want niemand kan hem verdragen)

    Provincie Oost-Vlaanderen
    Bewerking door fansy op 09 Aug 2018 07:24
    4 reactie(s)

    afkunnen
    (ww. kon af, afgekund overg. zw. werkw.)

    - verslagen, de baas kunnen, overtroeven
    - moeilijkheden of problemen aankunnen
    - iets op eigen houtje klaarspelen (AN; Van Dale: kun­nen af­doen, af­ma­ken, vol­tooi­en)

    Ik kan die gast wel alleen af, ik heb uw hulp niet nodig.

    Ze kon de eenzaamheid niet af en trok in bij haar broer.
    Gaat dat jong manneke dat zwaar werk afkunnen?

    Laat me maar stillekes doen, ik kan ’t wel af.

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door fansy op 09 Aug 2018 07:23
    1 reactie(s)

    afkunnen
    (ww., kon af, afgekund/afgekunnen)

    kunnen uitstaan, kunnen verdragen (van personen)

    Van Dale 2015 online: BE, spreektaal
    WNT: afkunnen: Gewestelijk in het Zuiden wordt gezegd iemand (in iets) afkunnen, hem (daarin) overtreffen, de baas zijn (joos 1900-1904; teirl.)

    ’t Moe ne vorte smeerlap zijn, want niemand kan hem af.
    (Het moet een rotvent zijn, want niemand kan hem verdragen)

    Provincie Oost-Vlaanderen
    Bewerking door fansy op 09 Aug 2018 07:21
    4 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.