Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
opleiding “lichamelijke opvoeding” aan de universiteit
Hij wil later leraar lichamelijke opvoeding worden. Hij is sportkot gaan volgen.
gauw
Vandaag heb ik met de rapte de kerstboom gezet en versierd.
werken
Etymologie: ontstaan uit sterke verl. tijd van ‘werken’, oorspr. aanwezig in literaire taal, later in algemene en gewestelijk taal in Vla.
stoken, vuur maken
vb gedroogd gras in den hof
Mijn vriendin doet graag vuurkestook in de BBQ. Dat is gezellig als we in de zomer ’s avonds nog buiten zitten te kallen met een glas wijn en een snabbelke.
snabbelke, kleine versnaperingen:
nootjes, kaasblokjes, vleesblokjes, rozijnen, zoute koekjes…
snabbel is een samensmelting van snack en knabbel.
Bij de wijn of een zwaar bier wordt er systematisch een snabbelke bijgezet.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.