Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
spreken zonder ophouden, doordrammen
(Antw.) klappen gelijk nen telder (= moldeneir) zijn gat
Dat hedde nog nooit meegemaakt. Als Brunehilde binnenvalt, dan krijgt ge er het eerste half uur geen woord tussen. Die klapt gelak een gramofonpinneke.
(wee)klagen, jammeren, kermen
/la m.e ’tee r.e/
verbastering van lamenteren
→ Fr. lamenter
Nu is Fonske al dagen aan ’t lammeteren over dat zijn auto afgekeurd werd bij de jaarlijkse autokeuring.
jaarlijkse kermis in Brugge, duur hangt af van wanneer pinksteren valt, want dan verhuist de foor naar Antwerpen voor de sinksenfoor
De meifoor is een duur geval. Als je op alle attracties gaat, kom je niet toe met € 100.
tetanus
Ich hèm mich gescheird oan ne verroeselde naogel, naa moet ich neu den doktoor veur een spoat tege de klem.
(Ik heb me gekrast aan een verroeste spijker, nu moet ik naar de dokter voor een anti-tetanusspuit)
iemand die dijken delft met een spade
Kunt ge deze spadegebruiker met een voorbeeldzin vereeuwigen?
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.