Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
mannenlingerie, onderbroek
(caleçon Fr.)
Er hingen singletjes en calsonnekes op de wasdraad in de wind te drogen.
een dik, te mollig kind
(onomatopee Fr.) patapouf (kruising van pataud en pouf!)
Die patapoef komt overal te laat. Erg toch, als ge als kind zo dik en zwaar zijt.
voorschieten, bedodden, inpakken
Ge moogt u niet laten schuren. Ge moet een nummerke pakken aan de balie.
soldaat, meestal infanterie. zandstuiver
De piotten hadden meestal ne gamellenboefer die het voor het zeggen had.
maar dan met hoofdletter: ne Ket
inwoner van Brussel
De bekendste Kèt, Daane van d’Uugstroêt, is zeker Toots Thielemans met zijn mondmuziekske. Een andere Kèt is Johan Verminnen. Voor de ouderen onder u is dat Het Kètje (Renaat Grassin) die ze " ’t Moezeke dad e flasjke ging débouchonèire " op de radio (NIR) hebben horen debiteren.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.