Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
ergens onbereikbaar blijven hangen, liggen of zitten
oud streektaalwoord (omgeving Bilzen), maar zie ook Alg. Vlaamsch Idioticon van L. Schuermans, die ‘kok- of koekhangen’ als Limburgs markeert
Ja, daar hebt ge het spel! Dat is koekhangen! (bv. als een bal boven in een boom blijft steken of in een dakgoot blijft liggen)
Pas maar op dat hij niet koekhangt! Maak dat hij niet gaat koekhangen! (bij het kappen van een boom: zorg dat hij niet tegen een andere boom terechtkomt zodat hij niet naar beneden kan vallen)
armoe, armoede
ook erremeui uitgesproken
zie ook erremoei troef
Uit erremoei heeft hij zijn huis moeten verkopen.
Van erremoei heeft zij nieuw gordijnen moeten hangen.
Op het voetbalveld riepen we “Erremoei!” als de tegenpartij de bal terugspeelde op de keeper.
1. de Heilige Marculphus (Fr. Saint-Marcoul of Saint-Marcouf), 2. benaming voor de klierziekte, ook het koningszeer (scrofulose) geheten
Sint(e)-Marcoen is aan hem, hij heeft het sinte-marcoen.
t.w. lymfklieren, in de uitdrukking ‘klieren hebben’: aan de klierziekte, of scrofulose (het koningszeer) lijden
Zij heeft klieren, Zij heeft de ziekte van Sinte-Marcoen.
bij ouderen nog wel gehoorde benaming voor een ‘knipmes’
Als kind had ik altijd een klikmes op zak.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.