Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door Georges Grootjans

    zicht
    (zn. o.; ~en)

    aanzicht, aanzien, gezicht, uitzicht

    vnw:
    •gezicht, aanblik
    -geen fraai zicht: geen fraaie aanblik, gezicht
    -op het eerste zicht: op het eerste gezicht
    •uitzicht, landschap
    -zicht op zee: uitzicht op zee

    Van Dale 2015 online: BE, niet algemeen

    vgl. zichtkaart

    in de betekenis van aanzicht ook als achtervoegsel bij: achterzicht, binnenzicht, bovenzicht, buitenzicht, onderzicht, voorzicht, zijzicht

    Maar kijk eens hoe die muur nu geschilderd is, dat is toch geen zicht!

    Prins Laurent met een ballettutu, dat zou nogal een zicht zijn.

    Moest ge eens een andere broek aandoen, ’t zou al een ander zicht geven.

    Vanop het tiende verdiep hebt ge een prachtig zicht over de Schelde.

    Op het eerste zicht heeft dat weinig met elkaar te maken.

    Volgens Mijnheer Van Dale is het zeezicht enerzijds, maar strandgezicht en stadsgezicht anderzijds. Nu gij!

    Op het kerstkaartje stond een schoon winterzicht met bambi’s in de sneeuw.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 17 Oct 2025 10:38
    0 reactie(s)

    zeveren
    (ww. zeverde, gezeverd)

    kwijlen

    vnw: kwijlen

    Van Dale 2013 online: Belgisch-Nederlands, spreektaal

    Geef me eens een serviette, hij is aan het zeveren.

    > andere betekenis van zeveren

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 17 Oct 2025 10:36
    0 reactie(s)

    zeveren
    (ww. zeverde, gezeverd)

    motregenen
    zie ook smossen

    vgl muggenpis

    vnw: motregenen, miezeren

    Van Dale 2013 online: Belgisch-Nederlands, spreektaal

    zie ook het weer

    Als het aan het zeveren is, dan wordt ge helemaal nat, ook al lijkt het op het eerste zicht niet zo vochtig.

    > andere betekenis van zeveren

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 17 Oct 2025 10:36
    0 reactie(s)

    zeveren
    (ww. zeverde, gezeverd)

    nonsens verkopen, leuteren

    vnw: onzin verkopen

    Van Dale 2013 online: Belgisch-Nederlands, spreektaal

    Ge moet niet zo zeveren, manneke.

    > andere betekenis van zeveren

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 17 Oct 2025 10:36
    0 reactie(s)

    zeveraar
    (de ~ (m), ~s)

    - iemand die zever verkoopt, iemand die altijd aan het zeveren is
    - zager
    zie ook zeiker

    vnw:
    •kwijler
    •zeurkous, ouwe zeur, kletsmajoor

    De Karel is maar nen zeveraar. Die wil ons alles doen geloven.

    Iemand die zever verkoopt, is een zeveraar.

    Zeveraars liegen, geven onnuttige informatie, en zagen (zijn saai, of proberen hun saaiheid). Zijn woorden zijn even vies en ongewenst, als het speeksel uit zijn mond.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 17 Oct 2025 10:34
    0 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.