Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
de gleuven die in een aardeweg ontstonden door er met karren over te rijden (de karren hadden houten wielen met een ijzeren reep)
woordgeslacht niet duidelijk, helemaal in onbruik
uitspraak: /kaarsliejes – kerresliejes – kesliejes/
zie ook kaarlues
Woordenboek der Nederlandsche Taal: Kar(re)lees, karspoor, wielslag; vergelijk: nhd. karrengleis.
Kerrenleese, Plantijn (1573).
Karlees, Cornelissen-Vervliet.
— Een straat daar een leelijk vuil karlees was, Loquela (1891).
We reden altijd met de velo over een klein paadje, want de kerresliejese waren in de winter zo diep dat ge er niet door kondt.
handschoen
< verkorting van handschoen
Goêd dérstappe hêlp tiëge de kaa want noë ‘n haaf oêr héb ich m’n sjêrp ên m’n haase autgedond ên e bitsje laoter moes m’ne pit ook traon geleeve.
(Flink doorstappen helpt tegen de kou want na een half uur heb ik mijn sjaal en mijn handschoenen uitgetrokken en nog wat later moest de jas er ook aan geloven.)
> andere betekenis van haas
draagbeugel
uitspraakvariant van hijs
Den haas van den emer is gebroken, zo kunnen we geen water putten.
> andere betekenis van haas
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.