Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
loochenen, tegenspreken, een mening of bewering uit het hoofd proberen te praten, bestrijden
Antw.: afstraaje
Limburg: aafstrieje
Kempen: afstraa(n), afstraaje, afstrei(n), afstrei-je
Van Dale 1995: gewestelijk
Ge moet dat niet afstrijden. Ik weet zeker dat ge het gedaan hebt.
Limburg: De mostat neet aafstrieje, ich weit zeker daste ’t gedoan hubs.
opm: zowel sloef als pantoffel kunnen ook voor sportschoeisel gebruit worden: turnsloef; turnpantoffel
Mijn nieuwe sloefen hebben een schoon geruit motiefke.
slof, pak sigaretten
Kunt ge een sloef sigaretten voor me meebrengen als ge naar Luxemburg gaat?
sportschoeisel: bv. turnsloef; loopsloef; tennissloef
nieuwsblad.be: Een ander soort verantwoord schoeisel is de trendy tennissloef.
toch; gewoon(weg); immers
vgl. Zuid-Duits, Oostenrijks “halt” = nu eenmaal
Het ès nie erg daste iet laoter bès, de noên ès èèl nog nie viërig. (Het geeft niet dat ge wat later zijt, het middageten is sowieso nog niet gereed.)
Och trèk ’t dich ni aon, wo gebiërd ès, ès gebiërd. De kos èèl niks tron doên. (Och, trek het u niet aan, wat gebeurd is, is gebeurd. Ge kondt er nu eenmaal niks aan doen.)
De moes ’t èèl èns probiëre, nie gesjoëte ès altijd mis! (Ge moet het toch eens proberen, niet geschoten is altijd mis.)
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.
