Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door de Bon

    poeleke
    (het ~, ~s)

    een handje
    Vooral toegepast in spreektaal naar kinderen toe.

    Prov. Antw.: polleke

    < poel
    WNT: Middelnederlands poele, Middelnederduits pûle. In den grond hetzelfde woord als puil, dat zoowel zak, buidel, als buil, gezwel kan beteekenen, naam of benaming derhalve voor iets dat (hol en) bol, dik, opgeblazen is.
    ?5. Kinderhandje, ook de vorm pol(le) komt voor (De Bo)
    “Maak uwe poelekens niet vuil.” De Bo (1873).

    Geef pepe eens een poeleke!

    Regio Meetjesland
    Bewerking door de Bon op 12 Mar 2018 13:48
    0 reactie(s)

    poeleke
    (het ~, ~s)

    een handje
    Vooral toegepast in spreektaal naar kinderen toe.

    Prov. Antw.: polleke

    < poel
    WNT: Middelnederlands poele, mnd. pûle. In den grond hetzelfde woord als puil, dat zoowel zak, buidel, als buil, gezwel kan beteekenen, naam of benaming derhalve voor iets dat (hol en) bol, dik, opgeblazen is.
    ?5. Kinderhandje, ook de vorm pol(le) komt voor (De Bo)
    “Maak uwe poelekens niet vuil.” De Bo (1873).

    Geef pepe eens een poeleke!

    Regio Meetjesland
    Bewerking door de Bon op 12 Mar 2018 13:47
    0 reactie(s)

    pol
    (de ~ (m.), ~len)

    hand
    zie ook poeleke, polleke; zweetpollen

    Van Dale 2014 online: Belgisch-Nederlands, informeel

    Hans, was uw pollen voor we eten.

    Geeft meneer eens een schoon polleke.

    Hij wreef in zijn pollekes.

    Daarbij bleef er nogal wat aan hun pollen plakken.

    Met zijn pollen in zijn tes lak nen boer. (Met zijn handen in zijn zak zoals een boer.)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 12 Mar 2018 13:21
    6 reactie(s)

    flink
    (bn.)

    braaf, moedig, onverlegen

    Wordt meestal gezegd tegen een kind in de betekenis van goed je best doen

    Ben je flink geweest op school?.

    Flink zijn bij oma hé!.

    Geef eens flink een polleke aan de mevrouw.

    Filip, drie tienen! Dat is flink! Ik ben heel fier op je.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 12 Mar 2018 13:19
    0 reactie(s)

    toerijden
    (ww. reed toe; toegereden)

    dichtrijden (ook fig.)

    Van Dale 2016 online: BE

    wielertoerist.be: In Merendree een groepje van 6 weg en ik dan het gat toegereden met alleen Katrien in mijn wiel.

    smo-triatlonteam.be: Metertje per metertje kwam ik dichter, maar zoals ze zeggen, de laatste 10 m toerijden zijn het lastigst

    pvda.be: Dit stadsbestuur schept dus eerst een verschil en beslist dan dat uitgerekend de gebruikers van de zomerschool dit gat moeten toerijden.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 12 Mar 2018 13:06
    0 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.