Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
feestelijk gezinsevent (ander dan gewone grote/kleine kermis), braderie, feestmarkt, rommelmarkt enz.; in Nederland “fancy fair”, “liefdadigheidsbazaar” e.d.
Van Dale 2012 online Belgisch-Nederlands
Klik op de afbeelding
![]()
Vlaamse kermis in 1652 door David Teniers II
Er is op de Hondenzwemming in Sint-Baafs-Vijve geen speciale doelstelling of superprijs te winnen. Het is een Vlaamse kermis met kraampjes, oude ambachten, brocante en jenevertentjes. Er is na de wedstrijd ook nog de Hondenworp.
feestelijk gezinsevent (ander dan gewone grote/kleine kermis), braderie, feestmarkt, rommelmarkt enz.; in Nederland “fancy fair”, “liefdadigheidsbazaar” e.d.
VD2012 online Belgisch-Nederlands
Klik op de afbeelding
![]()
Vlaamse kermis in 1652 door David Teniers II
Er is op de Hondenzwemming in Sint-Baafs-Vijve geen speciale doelstelling of superprijs te winnen. Het is een Vlaamse kermis met kraampjes, oude ambachten, brocante en jenevertentjes. Er is na de wedstrijd ook nog de Hondenworp.
boterham
zie stute
< Middelnederlands ‘stuyt’: broodje van een bepaalde vorm
‘s Morgens (’s nuchtens) een stutte met confituurmoes en ‘s namiddags (’s achternoens) een stutte met hesp.
Ne stutte met smutte.
boterham
ook: stutte
“stuit” < Middelnederlands: ‘stuyte’
VNMW: stuut: oudste attestatie: West-Vlaanderen, 1287
MNW: Een broodje van een bepaalden vorm, of ook van een bepaald deeg.
WNT: Stute: stuit: een snede brood of boterham in een groot deel van Vlaanderen
< Waarschijnlijk deels verwant, deels naar den vorm identiek met Stuit; ook hier doelde de naam wellicht oorspronkelijk op den stompen vorm.
Geef me maar een stutte met hespe.
Ik eet geiren stuten mee koas.
“Men moet gheen broodt veur vrienden sluyten. … Snijdt hem lieuer dry-dobbel stuyten,” – uit ‘Lot van Wiisheyd ende Goed Gelvck’, J. David, 1606
“Eene stuite roggenbrood”, De Bo (1873).
“Dunne stuitjes snijden”, De Bo
boterham
ook: stutte
“stuit” < Middelnederlands: ‘stuyte’
VNMW: stuut: oudste attestatie: West-Vlaanderen, 1287
MNW: Een broodje van een bepaalden vorm, of ook van een bepaald deeg.
WNT: Stute: stuit: een snede brood of boterham in een groot deel van Vlaanderen
< Waarschijnlijk deels verwant, deels naar den vorm identiek met Stuit; ook hier doelde de naam wellicht oorspronkelijk op den stompen vorm.
Geef me maar een stutte met hespe.
“Men moet gheen broodt veur vrienden sluyten. … Snijdt hem lieuer dry-dobbel stuyten,” – uit ‘Lot van Wiisheyd ende Goed Gelvck’, J. David, 1606
Ik eet geiren stuten mee koas.
Een stute met smute…
(een boterham met smout)
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.
