Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door de Bon

    klokkenverver
    (de ~ (m.), ~s)

    Herentalsenaar

    Bijnaam van de Herentalsenaars is de klokkenververs. De legende wil dat middeleeuwse notabelen van de stad opdracht gaven om de klokken te schilderen als bescherming tegen roest. Maar de mooie klank van de klokken verdween ermee.

    zie ook Belgische bijnamen van inwoners

    Ik woon wel 29 jaar in Herentals, toch ben ik geen echte klokkenverver maar een uitgeweken schapenkop.

    Regio Antwerpse Kempen
    Bewerking door de Bon op 21 Oct 2016 14:10
    0 reactie(s)

    jeneverstad
    (bijnaam)

    bijnaam van Hasselt
    zie ook: Belgische bijnamen van inwoners

    Breng een fles belegen Hasseltse graanjenever voor me mee als je naar Hasselt gaat.

    Bring mich ein flesj ouwe kloare mit este noa Hasselt geis. Zègk mer “belege zjenever” angers verstoan ze dich neet.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 21 Oct 2016 14:08
    1 reactie(s)

    dikke nek
    (de ~ (m.), ~ken)

    - zelfingenomen persoon, iemand die denkt dat hij beter is dan de anderen en dat laat merken
    - een arrogant persoon, een stoefer
    - iemand die het hoog in zijne bol heeft

    < Frans: gros cou

    Van Dale 2013 online: Belgisch-Nederlands, informeel

    zie ook: nek, een dikke ~ hebben of krijgen

    Enkel dikke nekken rijden met dat soort auto’s.

    Al in de zestiende eeuw hadden Antwerpenaren namelijk last van een dikke nek. (demorgen.be)

    Gooi maar niet teveel met bloemen, want ze gaan nog een dikke nek krijgen.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 21 Oct 2016 13:52
    1 reactie(s)

    dikke nek
    (de ~ (m.), ~ken)

    - zelfingenomen persoon, iemand die denkt dat hij beter is dan de anderen en dat laat merken
    - een arrogant persoon, een stoefer
    - iemand die het hoog in zijne bol heeft

    < Frans: gros cou

    Van Dale 2013 online: Belgisch-Nederlands, informeel

    zie ook: nek, een dikke ~ hebben of krijgen

    Enkel dikke nekken rijden met dat soort auto’s.

    Amai, dat is er ene met een dikke nek za.

    Hey, dikke nek, dimmen, doe maar normaal, dat is al moeilijk genoeg!

    Al in de zestiende eeuw hadden Antwerpenaren namelijk last van een dikke nek. (demorgen.be)

    Gooi maar niet teveel met bloemen, want ze gaan nog een dikke nek krijgen.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 21 Oct 2016 13:50
    1 reactie(s)

    dikke nek
    (bijnaam)

    Hasselaar

    Bijnamen voor de Hasselaar handelen allemaal over eten en drinken. Dat Hasselaren dikke nekken zijn, is de enige spotnaam die nog echt overgebleven is en wijd bekend is. Maar dat horen de Hasselaren niet graag. Vroeger was het verschil tussen stad en platteland nog veel groter. Mensen die in de stad woonden, hadden het beter. Ze moesten niet op het land werken. Ze waanden zich heel wat meer.

    zie ook likkebaard, vinstermik, ossenkop Belgische bijnamen van inwoners

    Haha man, gij zijt van Hasselt afkomstig, gij zijt een dikke nek, joh.

    Die Hasselaar heeft een hele dikke nek: assem wils daudsjiete, moeste mekan ne meiter boëve zene kop mikke; doë zit zen pretense (Munsterbilzen – Minsters)

    Provincie Limburg
    Bewerking door de Bon op 21 Oct 2016 13:48
    0 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.