Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
monteur, mekanieker, mechanieker
G.V.D. 2005:
2.(algemeen Belgisch-Nederlands) monteur
Fr. mécanicien
Die machine kunnen we zelf niet herstellen, roep de mecaniciens maar.
monteur, mecanicien, mechanieker
We moeten een mekanieker bellen om dat machien te maken.
onhandig zijn, niets kunnen,
soms ook: te schoon om de handen uit de mouwen te steken
zie ook mollepoten hebben
Onze Jonas, met zijn krokodillenpoten, kunt ge beter voor boekhouder laten leren ipv voor mechanieker.
handel: artikels, reeksen,… voeren
VD2013 online: Belgisch-Nederlands
Ik wilde mijn stofzuiger laten maken bij de plaatselijke elektromechanieker maar ze volgen dat merk niet meer zeiden ze.
Voor computers enzo volgen ze in den Aldi Medion. Pertang geen slecht materiaal voor de prijs.
iemand van zijn kloten, iemand van niks, iemand waar ge niks mee kunt aanvangen, een idioot
zie ook: dommekloot, stommekloot
Van Dale: kloot
5.(figuurlijk, informeel) saaie sullige of domme kerel
Gij se kloot, ge hebt heel mijn klassement dooreengehaald. Met u ben ik ni veel vooruit. Ik had het beter zelf gedaan, dat had mij een boel werk bespaard.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.