Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
1. blaadje
2. vloeitje
3. vensterblind, later ook gebruikt voor rolluik, overdrachtelijk ook ooglid
4. bladje (van een plant)
uitspraak blojke
zie ook: blaffetuur, persienne, bloake, bleureke
Hee der iemand blaaikes bij om nen toet te rolle?
Mijn blaaikes valle toe van de vaak…
La Esterella die een groene bloemekee krijgt: Het zijn allemaal blaaikes…
vensterluik
< blojke is de uitspraak van blaaike, verkleinwoord van blad
Mijn buren hebben blauw blojkes.
Mijn buren hebben blauwe luiken.
hond in kindertaal
In hare sacoche zat een klein woewoeke met een frakske aan.
kruimel
Ik gebruik geen kruimeldief maar veeg alle kruimeling van de tafel met een schotelvod.
(de Demer van Jezus)
uitspraak: zijezekes demer;
Dit was in Gelrode een afgedankte holle weg die door de mensen uit de omgeving als stort gebruikt werd. De rivier de Demer vloeit ook langs Gelrode op de grens met Aarschot en verderop op de grens met Betekom.
De echte Demer diende vroeger (foei!) ook vaak als stort voor alles wat men kwijt wilde.
Er is ook nog zijezekes zalf: speeksel om over een kleine wonde te wrijven. (zjuzzekeszalf)
Als ons Irma zo slecht blijft koken, kap ik ze in zijezekes demer!
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.