Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door de Bon

    gaaischieting
    (de ~ (v.), ~en)

    vogelschieting, wipschieting: het afschieten van gaaien (vogels) op de wip

    Hij heeft de eerste prijs geschoten op de gaaischieting.

    Provincie West-Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 03 Sep 2011 15:37
    0 reactie(s)

    foorwijf
    (het ~, -ven)

    scheldwoord voor een vrouw + kermisuitbaatster

    Bol het af gij se achterlijk foorwijf!

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 03 Sep 2011 15:04
    0 reactie(s)

    foert
    (tussenw.)

    verrek, verdomme, de pot op!

    ww. foerten

    foert, ik trap het hier af, dat ze ’t in ’t vervolg zelf doen!

    Ze kunnen allemaal foerten! (Antw.)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 03 Sep 2011 15:03
    0 reactie(s)

    geilogen
    (ww. geiloogde, gegeiloogd)

    hartstochtelijk kijken naar eten, kleren… alles wat je de ogen uitsteekt.
    /’gè.el oe.e g.en/
    zie lunsen

    vergelijk: geelogen

    Elke keer als we voorbij die etalage kwamen met die mooie ring, begon ik heel demonstratief te gejeloeëgen, maar mijn vriend pikte die hint niet op.

    “Naar iets geêloogen. Dat steekt zen oogen uit, begeeren” H. Coninckx, Mech. Folkl.(1911) (bron: WNT)

    Regio Hageland
    Bewerking door de Bon op 03 Sep 2011 14:49
    0 reactie(s)

    geelogen
    (ww.)

    niksen;
    ook, met enige ergernis: staan te niksen terwijl men wacht

    WNT: Geeloogen. Gewest. in Vl.-België. Of het 1ste lid van de samenstelling terecht als bnw. geel moet worden opgevat, is onzeker, omdat er geen duidelijke semantische motivatie is. Mogelijk is het een verbastering van iets anders: den stam van het ww. geeren (?), bnw. geil (?).
    ?1°. Zich vervelen, niets doen.
    “De wandelbrug lag verlaten, slechts een paar lanterfanters koesterden zich in het licht, lagen lui op de balustrade te geeloogen” Baekelmans (1912).
    ?2°. Vruchteloos verlangend wachten.
    — Wel kind lief, eindelijk! Waar hebt ge gezeten? Ik sta hier al meer dan een uur te geeloogen, BAEKELMANS (1912).
    ?3°. Begeeren.
    Naar iets geêloogen. Dat steekt zen oogen uit, begeeren

    vergelijk: geilogen

    Hij heeft daar heel de avond maar staan geelogen.
    Ge zijt er eindelijk! Ik sta hier al een uur te geelogen.

    Regio Antwerpen
    Bewerking door de Bon op 03 Sep 2011 14:40
    0 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.