Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
meikever met grijze dekschilden
Hollandse meikever
We stopten de grazeleir in de inktpot en lieten hem dan over een blanco blad kruipen… een deugenietenstreek van vroeger.
meikever (vnl. die rondvliegend aan een touwtje; ook wel voor een kever die je wel hoort maar niet kunt vinden, in de haag bv.)
De kènder zin mèt ’n roenkkaever op sjoek. (De kinderen zijn met een meikever op schok)
meikever
uitspraak: “eu” in meulder gaat meer naar de “ui” toe
Ik had twee meulders in een stekkendoosje steken.
kever, meikever
Waar zie je nog nen mojaart?
Op den bom van mijne kabba zit er nen mojaart met mijn buzze laveurs te spelen. (= Op de bodem van mijn boodschappentas zit er een kever met mijn sleutelbos te spelen.)
meikever met witte ‘bloem’ op zijn dekschilden
zie ook: mulder, biesjemuileke, pridder, telder
WNT: De naam van predikheer is ontleend om de eenigszins gelijkenis van kleuren… bij den kever, aan ’t witte en zwarte kleedsel van een dominikaan of predikheer, Schuerm. (1865-1870).
Het is lang geleden dat we nog ne preekheer in de beukehaag zagen.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.