Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
1) pluis, pluizen, pluche
zie ook pluske
2) een zacht en lief iemand
vgl met: ne gouwe mens: een gouden persoon
1) Een plussen beertje.
2) Mijn schoonzuster is een plussen kleuterleidster. De kinderen zijn zo verzot op haar.
Mijn ventje is nen plussen.
van pluche gemaakt
Die plussen beer geeft veel stof af.
Dat plussen kussen is heerlijk zocht.
- man, vent
- wordt vaak als tussenwerpsel gebruikt, maar we kunnen wel spreken van “ne poit”
uitspraak: pwat
Kempen: ne peut
Geeft maar buzze e poit! (Geef maar van katoen he man!) (katoen geven)
- onnozelaar, wiewa, snul
- man, vent
uitspraak in Antwerpen: klik op het luidsprekertje om het woord te beluisteren
ook /puit/ uitgesproken in de Antwerpse Kempen
Gij zijt toch echt nen achterlijke peut hè, wie doet nu zoiets? Aan de kuisvrouw vragen of ze bloot wilt poseren voor een schilderij te maken.
Wat is die peut van zin? Gaat die nog doorrijden of ni?, ’t is groen.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.