Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
in de genre van, in de trant van, of iets dergelijks, in den aard van
WNT: zjèren, zjaren: manier, mode.
Ik zou e kostuum willen in de zj?r van het uw, corn.-vervl. (1903).
Hij is naar de’ leste’ zj?r gekleed, Ald.
< Frans: genre
In de kleerkast heb ik nog een kleedje gevonden in de zjaar van de jaren 80. Dat mag naar de verkleedkist voor carnaval.
Ze heeft zo iets gezegd in die zjaar, ja.
fabrikant van worsten
lomperik, iemand die er niets van terecht brengt
Oud-premier, saucissendraaier en laatste Belg Paul “Polle Panch” Vanden Boeynants trachtte eind jaren zeventig zijn megalomane bouwproject in de Brusselse Noordwijk door te voeren en sloopte er zowat de halve wijk voor alvorens het (buren)protest de zaak toch stil legde. (http://www.enola.be/meer/boeken/6912:louis-paul-boon—vergeten-straat)
< Polle Panch = Brusselse uitspraak voor Polle Pens
Hans Haacke, een conceptuele kunstenaar (synoniem van een artistieke saucissendraaier), …(Pallieterke 0610160)
1) hoge dunk, streken verkopen, een air hebben
< Fr. grand genre: grote zjaar
WNT: bij zjèren: afgeleid zjaar:
Wijze waarop iemand handelt of te werk gaat; manier van doen. In de aanhaling steeds in de verbinding groote zjèèr, groot vertoon.
- Groote zjaar, prachtvertoon, trant, wijze der rijken, joos (1900-1904)
- ’t Is allemaal groote zj?r in dat huis, corn.-vervl. (1903).
— Ze hebben ’nen knecht die een frak draagt met vergulde knoppen, dat is de groote zjaar, joos (1900-1904.
zie ook zjaartrut, zjaarwijf, zjaaremme, zjaarkloot, vgl gesten hebben
2) iemands zjaar, iemand zijn genre
passend bij, iemands stijl, voorkeur
zonder grootsheid
1) Hij heeft nogal wat zjaar bij.
2) Dat vintage kastje kon ik niet laten staan. Vintage is mijne zjaar, hé. (Regio Waasland).
1) hoge dunk, streken verkopen, een air hebben
< Fr. grand genre: grote zjaar
WNT: bij zjèren: afgeleid zjaar:
Wijze waarop iemand handelt of te werk gaat; manier van doen. In de aanhaling steeds in de verbinding groote zjèèr, groot vertoon.
- Groote zjaar, prachtvertoon, trant, wijze der rijken, joos (1900-1904)
- ’t Is allemaal groote zj?r in dat huis, corn.-vervl. (1903).
— Ze hebben ’nen knecht die een frak draagt met vergulde knoppen, dat is de groote zjaar, joos (1900-1904.
zie ook zjaartrut, zjaarwijf, zjaaremme, zjaarkloot, vgl gesten hebben
2)iemands zjaar, iemand zijn genre
passend bij, iemands stijl, voorkeur
zonder grootsheid
1) Hij heeft nogal wat zjaar bij.
2) Dat vintage kastje kon ik niet laten staan. Vintage is mijne zjaar, hé. (Regio Waasland).
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.