Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
neem maar wat je wil
wordt gezegd wanneer de spreker zijn geduld kwijt is of uiteindelijk toegeeft
zijn heeft hier de betekenis van hebben of nemen
Wilt ge nog nen appel? ’t is wel de laatste he! Maar allez, zijt hem.
- De laatste chocomusse, mag ik die?
- En ik dan?
- Ja maar, ik heb daar zo’n enorme grote goesting voor, aub mag ik die ni?
- Pfft, seg met uw gezaag, ge zijt hem!
kalme vastberadenheid
De Belg Van Rompuy stond bekend om zijn ‘rustige vastheid’, een voorzichtig manoeuvrerende rasdiplomaat. (NRC-Handelsblad)
Voor de rest is de justitieminister de rustige vastheid in een poel van polarisering. Zelfs toen cipiersbonden zijn kabinet sloopten, bleef Geens open voor overleg. (DDW)
Voor de rest is de justitieminister de rustige vastheid in een poel van polarisering. Zelfs toen cipiersbonden zijn kabinet sloopten, bleef Geens open voor overleg. (koengeens.be)
samen
< Mnl.: samen, tsamen, te samen
WNT: uit samentrekking van te en samen ontstane vorm.
In het Mnl. alleen met te, steeds met s- gespeld. De z-spelling wordt vanaf de 17de e. meer gebruikelijk en vanaf de 18de e. een regel.
Wij gaan tesamen met ene auto.
samen
< Mnl.: samen, tsamen, te samen
VMNW: tesamen: Nederrijn, 1201-1225: tesamen 196x aangetroffen, tezamen 6×.
MNW: Te samen, tsamen, tesamen – ende: Vlaanderen, 1301-1360.
WNT: uit samentrekking van te en samen ontstane vorm.
In het Mnl. alleen met te, steeds met s- gespeld. De z-spelling wordt vanaf de 17de e. meer gebruikelijk en vanaf de 18de e. een regel.
Wij gaan tesamen met ene auto.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.