Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
heel actief iemand, iemand die altijd bezig is (werk, spelen, hobby’s enz)
vgl gaande Margreet
Mijn zoontje kan niet stilzitten, hij klimt en loopt, puzzelt en speelt met de auto’s in een mum van tijd, ook op school zeggen ze me dat het een doenderik is. Een echte doenderik!
iets wat erg traag vooruit gaat, of zelfs onbegonnen werk is
De computer is een DVD aan het branden, maar dat gaat vooruit gelijk als bonen knopen.
bakkebaarden
zie ook zie ook fabré, fabrissen
Kempen: fassen, fasjen
prov. Antw.: fasjen, ook fabriezen
Hageland: fabrissen
Antwerps idioticon (1899): fas (vr.)
West-Vlaams idioticon (1873): fasse (vr.)
> Frans: face, faces: zijkant van het gezicht
WNT: fassen: bakkebaarden: gewestelijk in Vl.-België.
- “Onze Jan placht een baard te dragen, doch nu heeft hij slechts nog fassen”, Schuermans (1865-1870).
- “Zijn fassen laten staan”, Corn.-Vervliet (1900).
Met zulke fassen zag hij er uit als Elvis Presley.
ingebeelde schrikaanjager
Bij Cornelissen-Verviet ook ‘does’; samenstelling doezeman
“Bange kinderen derven nie’ alleen naar boven gaan in den donkere; daar moest is nen does op den trap zitten!”
synoniemen zie bij korenpater
Als ge niet braaf zijt, gaat den doezeman komen.
flauwe
zie ook: plezante, flauwe ~
ook in prov. Antwerpen
Hangt de flave plezante niet uit.
Niet bleiten hè flave, bijt maar eens efkes op uw tanden, daar is nog niemand van gestorven.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.