Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
man of jongen die zich graag laat opmerken
zie ook fafoel
Die jongen is een echt faffoeileken.
dierenarts, paardsmeester
WNT: Paard(en)meester, veearts.
Peerd-meester. Veterinarius, mulomedicus, Kiliaan (1599).
J. de Smet, Peerdemeester in Borgerhout, schrijver van een boek over paarden (Antwerpen, 1686).
“Dan ging hy by eenen Peirde-meester, om de Peirden te leeren behandelen en Cureren” Amus. Kindervertellingskens
Kzen met de kat naar de peirdemeester gegaan.
- drukt een verwondering of verbazing uit, zowel in positieve als in negatieve zin
- drukt een verzuchting uit
Van Dale 2016:
< een vervorming van ai mij
1. BE; spreektaal uitroep van verbazing of teleurstelling
< NL: nou, jeetje
MNW: Ai mij, wee mij: uit A, ai, en mi
WNT: A of Ah en mij: als uitroep van leedgevoel of verontwaardiging, van smart, pijn, afkeer, medelijden enz. Niet meer in gebruik, maar vervangen door het thans gewone Ai mij!
Gewestelijk nog bekend (teirl.); in het Zeeuwsch in den vorm amai (Ze. Ver. Dialectonderz. 25)
https://nl.wikipedia.org/wiki/Amai
Amai, mijn klein schattebolleke, gij zijt groot geworden!
Amai, goe gedaan. Hoe hebt ge dat klaar gekregen?
Ik zen muug nu, amai, wat was dat vandaag allemaal. Zo’nen heksenketel op het werk.
Amai za seg, wat voor nen ambetante vent is me dat!
Mijn benen, amai die doen zeer.
- drukt een verwondering of verbazing uit, zowel in positieve als in negatieve zin
- drukt een verzuchting uit
Van Dale 2016:
< een vervorming van ai mij
1. BE; spreektaal uitroep van verbazing of teleurstelling
< NL: nou, jeetje
MNW: Ai mij, wee mij: uit A, ai, en mi
WNT: A of Ah en mij: als uitroep van leedgevoel of verontwaardiging, van smart, pijn, afkeer, medelijden enz. Niet meer in gebruik, maar vervangen door het thans gewone Ai mij!
Gewestelijk nog bekend (teirl.); in het Zeeuwsch in den vorm amai (Ze. Ver. Dialectonderz. 25)
https://nl.wikipedia.org/wiki/Amai
Amai, mijn klein schattebolleke, gij zijt groot geworden!
Amai, goe gedaan. Hoe hebt ge dat klaar gekregen?
Ik zen muug nu, amai, wat was dat vandaag allemaal. Zo’nen heksenketel op het werk.
Amai za seg, wat voor nen ambetante vent is me dat!
dat is niet mooi van hem, daar hoeft hij niet trots op te zijn
Zijt ge nu weer heel de nacht op de lappen geweest?! (lappen, op de ~ gaan)
Het is niet het schoonste van uw historie!
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.