Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
enorm groot exemplaar
zie ook kastaar, kaljaster, gaillard
Ge moest eens zien wa ne gust ik heb gevangen op de vijver, die karper woog tien kilo dreug aan den haak.
Jeroen Mues in zijn kookprogramma 22/11/10 over gamba’s: “Zo’n gusten!”
groot persoon, ding of dier
zie ook gust, kaljaster, gaillard
Kijk eens wat die visser aan zijn lijn heeft, wat ne kastaar (van ne vis)!
een groot exemplaar, een kanjer, joekel of knoert
vb: een kaljaster van een muggenbeet = een heel grote muggenbeet.
zie ook kastaar, gust, gaillard
Hij heeft daar nogal ne kaljaster van ne karper gevangen!
iets wat buitenmaatse, buitenproportionele, kolossale afmetingen heeft
in gebruik met het voorzetsel ‘van’
uitspraak in Antwerpen: galjaar
< Fr. gaillard, waarschijnlijk van het Gallo-Romaans galia, kracht
zie ook kastaar, gust, kaljaster
Dat trekpaard heeft galjaars van benen. Behaard als ze zijn, geven ze de indruk kolossen te zijn.
rust- en verzorgingstehuis
(wordt niet veel meer gebruikt)
‘De tijden dat senioren in een oud mennekeshuis (sic) gestoken werden in grote zalen is voorbij. Ook rusthuisbewoners zijn gesteld op hun privacy en willen vandaag eenpersoonskamers.’( (Het Nieuwsblad 05/11/2009)
“…de globalisering spreekt engels (sic), en hoe hard je in de vlaanders (sic) nog op je klompen zit te volksdansen: in de 22e eeuw zal de voertaal engels (sic) zijn, maar het vlaams (sic) zal nog wel gesproken worden in oudmennekeshuizen” (De Netels op facebook, 29 juni 2013)
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.