Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
nietig ventje
Een klein ventje wordt krote genoemd omdat hij zielig en klein van gestalte is.
een kleine oppervlakte.
Hageland: ne vösschoeêt groeët
Antwerpen: ne verschoej groet
Kempen: ne veuschoewet groewet
e schorte groot werd gezegd van een klein stukje grond of tuintje.
Een kleine maar mollige vrouw.
Een kleine mollige vrouw werd een ooiboendel genoemd omdat ze geleek op een stapel hooi.
een kleine oppervlakte.
Hageland: ne vösschoeêt groeët
Antwerpen: ne verschoej groet
Kempen: ne veuschoewet groewet
e schorte groot werd gezegd van een klein stukje grond of tuintje.
een lange slanke persoon
NL: bonestaak
Tillefonstoake (telefoonpaal) werd nog al eens gezegd van iemand die groot en daarbij nog mager was.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.