Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
inkalven, instorten, door afschuiving geleidelijk instorten
vooral het inkalveren van zand van een dijk, een zandberg of putrand,…
SN: inkalven
vgl. ook afkalveren
De zijkanten van de vaart in Lier, is nu met betonnen platen bezet. Vroeger waren er ingekalverde inhammen langs de zaveldijk, waar wij dan afsprongen om te kunnen gaan zwemmen.
Het is gevaarlijk om op een hoge zandberg te klefferen want als die inkalverd en ge wordt bedolven, dan kunt ge stikken.
een deeltje van een reep chocolade (een vijfde, zesde)
< ook lit bij Cornelissen; beentje van vinger of teen
“De duim heeft twee letten, de vingers hebben drie letten.” (De Bo 1873)
Deze morgen heb ik drie lettekes van een reep (lat) chocola bij mijn boterham opgegeten.
ergens niet mee opgezet zijn
Die van ons heeft het weeral in zenne. Daar kraag ekik na eens boebelen van se.
rode, kontvormige snoep, smaakt naar kersen
ook: (vrouwelijk) achterste; pars prototo voor de vrouw in kwestie
As ge dieën hele zak poepegattekes opeet, gade mottig zijn achteraf.
Die van hierneffe heeft een schoon poepegatteke zenne.
Hebt ge dat gezien? Da was een schoon poepegatteke dat voorbij kwam.
barret, hoofdeksel (geen pots en ook geen klak); tittanteulleke
De paus heeft precies een nief tietentolleke op zijne kop.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.