Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
een demonstratie met instructies
< neologisme van Kooten en De Bie in 1975 (Wikipedia)
“Kunt ge ’t niet? Moet ik een demonstruktie geven?”
op zwier gaan
Er was ne nieuwjaarsdrink op het werk, daarna zullen ze nog wel op tralalieren gaan.
bijkans, welhaast, ternauwernood, nipt
Wordt dikwijls gebezigd wanneer iets slechts op het laatste nippertje verhinderd werd.
In zulk stormweer aan de zee gaan lopen is levensgevaarlijk; er was ginder iemand door een golf gegrepen — ze was ei zo na verdronken.
tante (ook gebruikt bij een groottante)
Zie ook tantjen
ook in prov. Antwerpen
Mijn 2 tantjes komen op bezoek bij mijn metjen.
Tant Anna en tant Hortense zijn mijn 2 lievelingstantjes.
Ons Tant (tante Bertha) was de zuster van mijn moemoe.
cadeau, geschenk
een cadeau doen (uitdr.): ‘een cadeau schenken, een cadeau geven’
Dit woord wordt in de Vlaamse omgangstaal, in tegenstelling tot het Standaardnederlands, niet altijd als onzijdig gebruikt.
De klemtoon wordt in het SN gelegd op de eerste lettergreep maar in sommige Vlaamse regio’s op de 2de lettergreep.
Ik had hem een schone cadeau willen doen, een met de hand geschreven manuscript van onze Jules zaliger. (Hugo Claus, Belladonna)
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.