Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door fansy

    palatie
    (de ~ (v.), -s)

    versiersel, versiering, decoratie
    wat dient om te paleren (slingers, e.d.)
    /pa ’loa s.e/

    Een week na datum blijft die palatie nog hangen. ’t Wordt tijd dat we ze wegdoen (= verwijderen, weghalen).

    In de jaren 80, als we uitgingen, was het mode om veel palatie van juwelen rond uwe nek te hangen.

    In december ziet ge heel veel kerstpalatie in de straten en in de winkels.

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door fansy op 28 Dec 2013 11:24
    1 reactie(s)

    tienk mien
    (tussenwerpsel)

    ook ’t dienke mien
    Me dunkt, naar mijn idee.

    Tienk mien da j’ol genoeg gedroenken èt. Me dunkt dat je al genoeg op hebt.

    Regio Brugge
    Bewerking door fansy op 28 Dec 2013 10:47
    1 reactie(s)

    gedoemel
    (het ~, geen mv o znw)

    dof dreunend geluid, gestommel

    de oe wordt kort uitgesproken zoals in “koek”

    Onze petere zong altijd een liedje over den eerste oorlog en daar kwam een vers in: “wijd weg hoorde hij ’t gedoemel van ’t groot kanon”.

    Regio Antwerpse Kempen
    Bewerking door fansy op 28 Dec 2013 10:46
    0 reactie(s)

    kajoenkelen
    (kajoenkeld, gekajoenkeld zw.ww)

    janken van een hond
    overdrachtelijk: zich met veel misbaar beklagen

    zie: kajanken, kajieten, kajonkelen, kerminkelen

    Als hij de rekening thuis aankrijgt zult ge hem nogal horen kajoenkelen.

    Het kind is met zijn veloke van den borduur getottert (totteren) en nu kanjoenkelt dat van de zeer aan zijn kniekes.

    Regio Antwerpse Kempen
    Bewerking door fansy op 28 Dec 2013 10:44
    0 reactie(s)

    kajoenkelen
    (kajoenkeld, gekajoenkeld zw.ww)

    janken van een hond
    overdrachtelijk: zich met veel misbaar beklagen

    zie: kajanken, kajieten, kajonkelen, kerminkelen

    Als hij de rekening thuis aankrijgt zult ge hem nogal horen kajoenkelen.

    Het kind is met zijn veloke van den borduur getottert (totteren) en nu kanjoenkelt dat van de pijn aan zijn kniekes.

    Regio Antwerpse Kempen
    Bewerking door fansy op 28 Dec 2013 10:44
    0 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.