Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
1. deel van de stam van een dennebom dat doorloopt tot in de kruin;
2. het deel van de stam van een denneboom dat overgaat in de wortel, zie staal
Met die harde wind is de spil van die mast gebroken.
van blek, blik
goedkoop metaal
Ge gelooft dat toch niet dat dat een echte bronzen medaille is zeker? Dat is een blekken ja!
De koekskes liggen in de blekken doos, pakt er maar eentje uit.
blik
goedkoop metaal
zie ook blekken
Die medaille is geen zilver, het is gemaakt van blek.
Soep uit een blek is luiwijvensoep.
afdokken, betalen
variant is: neerblekken, blekken
gebruik, zie ook:
1) in het kaartspel: troef blekken = troef afleggen
2) Iemand afblekken: iemand voor zijn en zelf met de eer gaan lopen
Als hij de weddenschap verliest, zal hij moeten afblekken.
spottende uitdrukking om te zeggen dat iemand hoeterdekoeter ’s nachts de bakel heeft moeten gaan halen.
Ja, toen heeft hij met de klepklonen moeten lopen en het had geijzeld en hij brak bijna zijn benen eer hij in ’t dorp was.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.