Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
vlechten maken
ook: slenderen
WNT:
Slingerend vlechten. In zuidelijke dialecten.
Te Itegen spreekt men van: … Een klets (zweep) te schakelen met drie draden; Een klets te slinderen, met vier draden, DE COCK en TEIRL., Kindersp. 6, 109 (1906)
MNW: slinder, slender
Zal ik je haren eens slinderen, meisje?
vlechten maken
ook: slenderen
WNT:
Slingerend vlechten. In zuidelijke dialecten.
Te Itegen spreekt men van: … Een klets (zweep) te schakelen met drie draden; Een klets te slinderen, met vier draden, DE COCK en TEIRL., Kindersp. 6, 109 (1906)
Zal ik je haren eens slinderen, meisje?
boon die langs een staak omhoog groeit; specifiek de sperzieboon
In zijn lochting had hij ook een heel perk met persebonen staan.
goed, goede
Hij heeft een nief lief. We zullen hem niet veel meer zien want hij zit op een goei wei nei.
het ergens goed hebben; wordt gezegd wanneer iemand die men verwacht niet komt opdagen
“Nu is het wel lang geleden dat we de Joris nog gezien hebben he?”
“Die zal op een goei wei zitten!”
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.