Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
dwarsligger
zie ook dwijs
Van nen dwijzigaard gesproken: mijn vriendin vroeg om sandwiches mee te brengen voor haar en haar dochter. Hij had alleen pistolees mee omdat hij dat liever eet.
Met heet weer moogt ge geen palm snoeien. Wat deed die dwijzigaard? Dat toch doen.
dwars
zie ook dwijzigaard
Die Leo kan toch altijd dwijs zijn. Als wij wit zeggen, zegt hij zwart. Dien dwijze doeskop altijd!
sufkop, sufferd, does, koppigaard
zie ook doezen
WNT: sufkop, stijfkop (CORN.-VERVL.)
Walter Duts is een echte doeskop.
Die man van mijn vriendin is een dikke does en nen dwijze (dwijs) doeskop tegelijk.
mokken, koppen
WNT: Pruilen, mokken. Gewestelijk in Z.-Ndl.
Da’ wijf kan gans(ch)e dagen doezen. DieĆ« koppigaard zit daar in den hoek te doezen, CORN.-VERVL.
De Leo kan soms dagen aan 1 stuk doezen als em zijn goesting ni krijgt, just een klein joenk.
sufkop, sufferd, does, koppigaard
zie ook doezen
WNT: sufkop, stijfkop (CORN.-VERVL.)
Walter Duts is een echte doeskop.
Die man van mijn vriendin is een dikke does en nen doeskop tegelijk.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.