Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
godgans, godgandelijk, heel
De godgansige dag heb ik naar een gepast kadooke voor een vriendin gezocht. Nerges ni te krijgen, in de kringloopwinkel heb ik het gevonden.
kikker
Zie ook: kikvors en puit
Uitspraak: (veus) of (ves), al naargelang de streek (ontronding)
Die smerige veussen in ozzen hof moake de godgansige nacht laweit.
(Die stomme kikkers in de tuin maken de godganse nacht lawaai.)
kikker
Zie ook: kikvors en puit
Uitspraak: (veus) of (ves), al naargelang de streek (ontronding)
Die smerige veussen in ozzen hof moake de godgansige nacht laweit.
(Die stomme kikkers in de tuin maken de godganse nacht lawaai.)
snor
in de Rupelstreek sneus, zoals een vors (kikker) daar een veus is
ook in de Kempen
Die man met zijn sneus heeft een veus gevangen.
snor
in de Rupelstreek sneus, zoals een vors (kikker) daar een veus is
ook in de Kempen
Die man met zijn sneus heeft een veus gevangen.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.