Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
oep zijn
uitgeput zijn, oververmoeid zijn
zie ook: djakeloos, bobijn, het ~ is af, eind, aan het ~ zijn
De laatste 3 dagen heb ik maar amper geslapen, ik voel dat ik aan ’t end ben.
zeer vermoeid, op het einde van de krachten.
zie ook: oep zijn, eind, aan het ~ zijn, bobijn, het ~ is af
Van dat namiddagje shoppen ben ik djakeloos gelopen.
stekelbes, kruisbes
ook in Heist-op-den-Berg
regio Lier, Herentals, Herenthout ook mv knoesels
In den hof staat ne struik vol met knoeselen.
De knoesele zen in ‘t sezoen, da’s altâ goed ete.
(De stekelbessen zijn in seizoen, da’s altijd smullen!)
(Dennoman, 22 jun 2009)
Niks zo lekker als knoeselconfituur.
(fleiboad, 07 sep 2012)
enkel
knoes = kraakbeen;
knoesel: verkleinwoord van knoest (uitwas)
Lier: mv = knoeselen
Beatrijs had haar knoesel behoorlijk pijn gedaan door in het keldergat te schieten.
mouterneist, mouternist,
ruimte tussen het hooi of bak met hooi waarin fruit werd gelegd dat daar verder kon mouteren
ook gebruikt met de betekenis spaarpotje, appeltje voor de dorst
ook in West-Vlaanderen
Leg die appels nog maar wat in de mouternest, die kunnen we later pas opeten.
Ik heb nog ne schone mouternest voor mijn oude dag.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.