Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
- een ingehouden lach die ineens losbarst en waarbij de kans groot is dat er vochtdeeltjes mee worden uitgespuwd
- proesten, waarbij in de uitspraak de ‘t’ wegvalt
Woordenboek der Nederlandsche Taal: Proessen, oft proesten plant. (1573).
zie ook poefen van het lachen
Zie andere definitie van proesen
Ze proeste ineens toen ze de mop snapte.
Waarom moet gij zo proesen, is dat zo grappig dan?
Tijdens de speech op de receptie waren de mensen in de zaal muisstil. Mijn zuster, toen 8 jaar, liet een windje vliegen. We zagen naar mekaar en we zijn braafjes naar buiten gevlucht om het daar uit te proesen.
- te veel geten hebben waardoor buik en maag opgeblazen zijn
- een opgeblazen gevoel hebben na de maaltijd
Woordenboek der Nederlandsche Taal: In Vlaams Belgiƫ: dik en opgeblazen zijn, b.v. van te veel eten
“Eten dat men er van poeft” De Bo (1873). (in West-Vlaanderen)
andere betekenissen van poefen
Het eten was keilekker, maar ik kan niet meer, ik poef.
Als ik dien dessert nog moet eten, ja, nee niet voor mij, ik poef nu al.
- te veel geten hebben waardoor buik en maag opgeblazen zijn
- een opgeblazen gevoel hebben na de maaltijd
Woordenboek der Nederlandsche Taal: In Vlaams Belgiƫ: dik en opgeblazen zijn, b.v. van te veel eten
“Eten dat men er van poeft” De Bo (1873). (in West-Vlaanderen)
andere betekenissen van poefen
Het eten was keilekker, maar ik kan niet meer, ik poef.
Als ik dien dessert nog moet eten, ja, nee niet voor mij, ik poef nu al.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.