Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
likdoorn, eksteroog
Toegevoegd door jiet (16 mrt 2008 13:10)
Ik heb zo’n pijn van die wieëren aan m’n voeten dat ik er bijna niet meer van kan gaan.
stokbrood – van groot naar klein formaat
(flûte, baguette, épi of ficelle)
Frans brood met smeerkaas smaakt goed.
premie
→ Fr. une prime (= bonus vergoeding)
Mijn eindejaarsprim is dit jaar ook gene vette.
treiteren, den duvel aandoen
→ Fr. couillonner (argot= bedriegen, rollen) > couillon (= onnozelaar, imbeciel)
Waarom koejonneert ge toch altijd die jongen?
Het uitmaken
VD
af·ma·ken1 (overgankelijk werkwoord; maakte af, heeft afgemaakt; afmaker)
1 een einde maken aan
2 (een reeds gewond of weerloos dier of mens) doden
3 vernietigend beoordelen, machteloos maken
Mijn lief heeget afgemaakt.
(Mijn lief heeft het afgemaakt)
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.