Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door Georges Grootjans

    vloer
    (de ~ (m.))

    zn. fluweel,
    bn. vloeren, fluwelen, floeren

    < Frans velours

    Woordenboek der Nederlandsche Taal, bij velours: In Z.-Nederl. reeds eerder ontleend in de vormen floes en floer ”fluweel”, doch meestal floers geschreven. Hiernaast, door hernieuwd contact met het franse woord, in Zuid-Nederl. ook veloers (De la Porte (1659)), en de afl. veloeren

    West-Vl. pane

    De zware gordijnen en de zetels in een theater zijn traditioneel van rooie v(e)loer.

    De Gène was glazenmaker en droeg een bruin, geribbelde vloeren vest en broek.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 17 Aug 2025 18:19
    0 reactie(s)

    vloerder
    (z.n. de ~ (m.) ~s)

    iemand die vloeren legt, AN: vloerenlegger
    zie ook: bevloerder

    vnw: vloerenlegger, tegellegger

    Typisch Vlaams: Belgisch-Nederlandse Standaardtaal; Gangbaarheid: 3; Vlaamsheid: 6

    De opleiding vloerder-tegelzetter duaal wordt georganiseerd als een specialisatiejaar in het derde leerjaar van de derde graad beroepssecundair onderwijs. (curriculum.be)

    Deze problematiek betreft inderdaad een uitvoeringsfout van de vloerder, legt advocaat Guy Baelde uit. Er is geen twijfel dat hij verantwoordelijk is voor deze fout. (Livios)

    Met zijn stijl deed Leon Van de Velde geen enkele toegeving aan de waan van de dag. Hij verdiende zijn dagelijks brood als vloerder en kon zo met zijn tekeningen altijd zijn zin blijven doen. (GVA)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 17 Aug 2025 18:17
    0 reactie(s)

    vliegplein
    (de, het ~ (v. o.), ~en)

    vliegveld, een plaats waar vliegtuigen kunnen landen en opstijgen

    opm: luchthaven is een ruimer begrip en is inclusief infrastructuur om passagiers en vracht te behandelen.
    Soms worden de woorden door elkaar gebruikt.

    vnw: vliegveld, vliegterrein

    We moeten op tijd op het vliegplein zijn.

    In het kader van de herdenking van WOI opent in den Amb8 een expo die de opgang en de val van het ‘vliegplein’ in beeld brengt. (hln.be)

    De bewoners die weten dat op de plaats van het meer ooit een vliegplein lag zijn op één hand te tellen. (nieuwsblad.be)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 17 Aug 2025 18:16
    0 reactie(s)

    vlieger
    (de ~ (m.), ~s)

    vliegtuig

    vnw: in België ook: vliegtuig

    Van Dale 2016 online: BE, spreektaal

    Typisch Vlaams: Belgisch-Nederlandse Standaardtaal; Gangbaarheid: 6; Vlaamsheid: 1

    zie ook: vliegmachien; wegcode

    Klik op de afbeelding
    Brussels Airlines A319-112 (OO-SSG) landing at Brussels Airport (1)

    Ons geburen zijn met de vlieger naar Rome.

    Mijn vriendin en ik willen doorheen Portugal reizen, met de vlieger naar daar en daar dan een auto huren. (9lives.be)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 17 Aug 2025 18:16
    1 reactie(s)

    pint, tussen pot en ~

    zie pot, tussen ~ en pint

    -

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 17 Aug 2025 08:41
    0 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.