Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Ossenstaartsoep, “oxtail”: de dikke versie, niet de heldere bouillon
Woordenboek der Nederlandsche Taal: bij kodde:
Staart van een dier (meestal een hond, een varken of een koe).
- Het koddeken van ‘t verken is voor dengene die het gat kust, Schuermans (1865-1870).
- Zijn kodd’ intrekken (van een hond gezegd; ook fig. voor ”beschaamd, beteuterd zijn”), Teirlinck.
< Kodde zou tot een basis kunnen behooren die ‘gebogen zijn’ beteekent. In het Vlaamsch.
Voor Kerstavond maken we koddaart.
niets durven, van alles bang
< West-Vlaamse uitspraak van gepijnd
Woordenboek der Nederlandsche Taal:
Pijnen, gepijnd zijn: beangst en verlegen zijn.
Hij is altijd gepijnd om in een openbare vergaderinge te spreken, De Bo (1873).
Dat is toch iets met die kleine, hij heeft van alles schrik: gepiend van een auto, gepiend van een hond, gepiend van de buurman, gepiend van de radio, gepiend van den donker; er staat hem nog veel te wachten.
dorsvlegel
< vlegel: znw. m., mv. -s. Mnl. mnd. vlegel(e). Uit lat. flagellum.
In wvl. dialect komt, met den bekenden overgang egi > ei, een vorm vlei(e)l (waarnaast vlei), die overeenkomt met eng. flail. (Woordenboek der Nederlandsche Taal)
De drie boerezoons waren tegare met hun vleis aan het dessen (dorsen) in een schoon ritmisch geklop op de desvloer.
roede, een landmaat waarschijnlijk ter grootte van een are.
> werd nog veelvuldig gebruikt door boeren in de zestiger jaren.
> uitspraak: roej
> regio: Aalst
VMNW: roede:
Oudste attestatie: Limburg, 1240
1. Als maatstok bij het landmeten.
2. Als lengtemaat:
- De bepaling is het aantal voeten dat de roede lang is
- De bepaling is een omschrijving of de naam van een plaats waar de roede met een aldaar vastgelegde lengte gebruikt wordt.
- In de verbinding grote, cleine roede Grote, kleine roede.
3. Roede als oppervlaktemaat, vierkante roede.
4. Als inhoudsmaat.
Uittreksel uit een akte betreffende Baardegem bij Aalst van 1686. Baardegem is groot vier hondert en drij en seventighe bunderen gerekent tot twintig voeten de roede.
> andere betekenis van roei
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.