Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
uw plicht doen, verantwoordelijkheid tonen
zie: zijn devoren doen
Als ge elke dag een goei daad doe, dan hebt ge uw devoeëre gedaan.
Artsen doen hun devoeëre; ze helpen patiënten te genezen.
Ge hebt uw devoeëre gedaan, nu kan niemand de schuld op u steken.
zich inzetten, zijn best doen (afgeleid van faire son devoir)
In Antwerpen was de betekenis van ‘zijn devoren doen’: zijn plicht doen, maar is nu verouderd.
graag bevestiging van de regio Gent
< devoor
znw. m. en onz. Ontleend aan fr. devoir. In N.-Ndl. niet meer in gebruik.
1. Wat men verplicht is te doen, plicht.
2. Plichtsbetrachting, toewijding, ijver.
?— Inzonderheid in zijn devoor(en) doen, zijn best doen, doen wat men kan. (WNT)
Het is triestig, dat ventje doet zo zijn devoren en toch moet hij het leerjaar overdoen!
vlinder
spreek uit als (pé-mêl)
< pepel < Middelnederlands pepel < Lat. papilio
Op nen schoonen lentedag ziet ge de pemels vliegen!
lang op blijven, (uitgaan)
Gisteren hebben we gepekt, onze dochter is bevallen van een zoon, en we hebben het wat gevierd.
zo goed en zo kwaad het gaat ergens doorheen komen
Pauline heeft in haar leven moeilijke periodes gekend, maar ze is er altijd doorgesparteld.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.