Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
gelijkend, vergelijkbaar, overeenkomstig, gelijksoortig, soortgelijk, dergelijk
~ aan: hetzelfde als, vergelijkbaar met
gelijkaardig is standaardtaal in België (SN: soortgelijk)
Dat nieuwe model van die auto is gelijkaardig aan de vorige versie.
De kandidaat beschikt over een graduaatsdiploma of over professionele ervaring in een gelijkaardige functie.
“In een gelijkaardige situatie zou ik net hetzelfde doen. (standaardtaal in België)” Taaladvies.net
gewild, begeerd, in trek
Afrikaantjes zijn erg gegeerd door slakken.
Wij gingen daarom eens na welke de meest gegeerde functies zijn binnen de bankensector.
De naam Irish Coffee zegt u wellicht weinig, maar toch maakte de groep een van de meest gegeerde Belgische rockplaten.
“Tropische vlinders zijn gegeerde verzamelstukken. (standaardtaal in België)” Taaladvies.net
opnieuw, weer
standaardtaal in België? status onduidelijk
Mijn kaartenhuisje is omgevallen! Nu moet ik terug beginnen.
Nadat Geisy Arruda omwille van een te kort roze jurkje de universiteit had moeten verlaten, heeft de rechter nu beslist dat ze terug welkom is. (uit deredactie.be v. 10.11.2009)
“De Bars zijn terug open” (kreeg Van Morrison over zijn smoel op Blues Peer op 18.7.2010)
“Ze is terug ziek. (in België, status onduidelijk)” Taaladvies.net
opnieuw doen, herhalen
herbeginnen is standaardtaal in België
Ik ben de tel kwijt, ik zal moeten herbeginnen.
Ge gaat toch niet weer herbeginnen, zeker?
We zijn van nul moeten herbeginnen.
Met een schone lei herbeginnen.
“Na een schorsing van vijftien maanden hoopt de renner zijn carrière te kunnen herbeginnen. (standaardtaal in België)” taaladvies.net
Een klets, een mot om de oren, zoals men die aan kinderen zou geven of net iets harder.
Antw. Kempen: een lababbel
Vgl. Grote Van Dale 2005: oplababbel = oplawaai
WNT: hababbel
znw. (m.?), mv. -s.
Ernstige berisping; ‘uitbrander’.
“Indien gij nog eens dus spreekt, zal uw hoogmoed zig wel anders stooten aan een ouderwetze hababbel” Wolff en Deken, Wildsch.(1793).
© 2007 INL. Artikel gepubliceerd in 1897.
Hou op met zagen of ge krijgt een ababbel.
Sebiet een ababbel hè.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.