Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door fansy

    pit
    (de ~ (m.), ~ten)

    1) put, kuil: algemeen
    2) de put waar de (hobby-)garagist, de auto’s over rijdt om aan de onderkant ervan te kunnen werken

    VD2014 online: pit, met betekenis put, niet in VD
    wel het ww. pitten: putten, inkuilen: gewestelijk

    ONMW: oudste attestatie 855, vroeg-germaansche oorsprong
    VMNW: oudste attestatie: Gent, Oost-Vlaanderen, 1210
    waterput; put; kuil; graf; kerker; beerput; sluisput; greppel; diepte
    MNW: pit, put, hol, onderaardsche gevangenis (begin 14deE)
    In de vlaamsche tongvallen is nog heden pit naast put bekend.
    WNT: pit, pitte, put; pit als een ontronding uit put.
    In Vlaanderen: kuil, diepte, gat, grafkuil, graf
    Bij Westvlaamsche hopboeren: een aardhoop, ronde ophooging van aarde, waar middenin een staak voor de hopplanten staat.

    1) Tijdens het wandelen zijn we veel pitten in de zandweg tegengekomen die vol water stonden van de afgelopen regenval de laatste dagen.

    2) Ben naar de autokeuring geweest en 1 van die controleurs heeft mijn wagen over de pit gereden om de onderkant ervan te kunnen keuren.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door fansy op 11 Nov 2014 00:35
    0 reactie(s)

    pitten
    (ww. pitte, gepit)

    slapen, activiteit van een pitzak

    VD2014 online: soldatentaal, informeel: slapen
    (1926-1950) etymologie onbekend

    WNT: Is soldatentaal voor slapen. Oorsprong onbekend.
    Bij voorkeur spreekt de soldaat niet over ”slapen”, doch over ”keveren” of ”pitten”, b. verhoeven, in Van onzen Tijd 18, 418.

    Amai, diene wietie Jochen doet echt niets anders dan pitten…Wa pitzak toch

    Regio Standaard Nederlands
    Bewerking door fansy op 10 Nov 2014 23:42
    2 reactie(s)

    keef
    (de ~ (v.), -ven)

    1. korf, mand
    2. bed: in sommige regio’s

    zie ook keve, kevie

    1. Hij heeft zijn duivers in de keef gestoken. Sebiet kunnen ze vertrekken.

    2. Ik kruip vandaag eens vroeg in mijne keve.
    Ik moet mijn keef nog opmaken, och ja, ik kruip er seffens toch in.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door fansy op 10 Nov 2014 23:38
    0 reactie(s)

    pitten
    (ww. pitte, gepit)

    slapen, activiteit van een pitzak

    VD2014 online: soldatentaal, informeel: slapen
    (1926-1950) etymologie onbekend

    WNT: Is soldatentaal voor slapen. Oorsprong onbekend.
    Bij voorkeur spreekt de soldaat niet over ”slapen”, doch over ”keveren” of ”pitten”, b. verhoeven, in Van onzen Tijd 18, 418.

    Amai, diene wietie Jochen doet echt niets anders dan pitten…Wa pitzak toch

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door fansy op 10 Nov 2014 23:31
    2 reactie(s)

    pitten
    (ww. pitte, gepit)

    slapen, activiteit van een pitzak

    VD2014 online: soldatentaal, informeel: slapen
    (1926-1950) etymologie onbekend

    Amai, diene wietie Jochen doet echt niets anders dan pitten…Wa pitzak toch

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door fansy op 10 Nov 2014 23:24
    2 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.